Het afsluiten der dingen

Het afsluiten der dingen. Het leren vastpakken en loslaten. Het ontgroeien van het baby reflex. Terwijl ik hier zit lieg ik inwendig over dit gegeven. Later is nu. En ik zou het moeten weten. Het zijn de dingen die nu gebeuren die zorgen voor later. Ik heb veel geleerd maar nooit is het genoeg. Er ontstaan tenminste grenzen en ik leer ze te voelen voor er ademnood ontstaat, voor de pijn gaat stromen.

Mag het lukken, zoals ik hoop? Niets is moeten net zo goed als dat moeten niets is. Mijn prachtige treurwilg. Zo ik hier naar je zit te staren, terwijl ik deze woorden schrijf, en je probeer af te sluiten en mijn leven hier daarbij. Ik kan het nooit meer terugkrijgen en leef voort met die veilige gedachte helderdiep in mij. Nu ik hoop, je vaak genoeg te hebben gezien om een blijvend en helder beeld te hebben gevormd. Als herinnering.

Nu ik bijna het keerpunt heb bereikt, pen neer zal leggen en op moet staan dreigt er een angst in mij. Waar brengt dit nieuwe licht mij naartoe? Wordt het een leven zoals mijn ouders voor mij hebben gedroomd alvorens mijn geboorte of eindig ik in hun grootste angst? De nachtmerrie van mijn leven, van jouw leven pappa. Zal ook ik…op een hotelkamer in een nietszeggende stad in eenzaamheid sterven? Welke weg ligt er voor mij open, en hoe?

Een koude bries voert zich door mij heen terwijl ik op sta en je de rug toekeer. Ik voel mijn hart steunen en snikken. Van binnen huilt zij zacht. Wetende van al die dingen. Bewust van het voor mij onbewuste. De kleuren doen niet onder voor de voorstelling. In het donker bij pril kaarslicht buigt zij zich in haar pijn. Om te kunnen lachen in het zonlicht, overgeleverd aan een ieder die het ziet, zal de nacht haar rust en veiligheid moeten geven. Laat haar maar even treuren, alstublieft.

En zo stap ik hier mijn bed in. Mijn hart is uitgeput en ademhaling onregelmatig. Krampachtig  probeer ik mijn emotie te controleren en vertwijfeld zit ik uren voor me uit staren, me niet bewust van de klok. Moet ik dan toch benoemen wat ik voel of is het helpen van mezelf gedaan door te zwijgen van binnen en van buiten. Soms voel het alsof ik langzaam opstijg en de aarde rustig onder mijn voeten weg zakt. Dan hang ik daar, zo tussen aarde en lucht, vuur en water. Momenten van angst en geluk wisselen wat, waarna ik besluit om terug te keren en in te treden in het leven, in het lichaam dat ik ‘van mij’ noemen mag. Maar nog steeds voel ik mij vervreemd en heb ik angst voor de inhoudt wat het woord toekomst mij geeft. Leven in het heden en iets wat in het verleden (of andersom..) valt mij nu zwaar genoeg. Van dag tot dag en uur tot uur vind ik mijn houvast, zin en reden. Met losse handjes en vastgeklampte vingers hou ik mij vast in deze wervelstorm genaamd ‘mijn leven’. Ik ben nog jong maar het voelt zo oud als ik zo kijk vanuit de kamer naar mezelf. Een warm gevoel maakt zich dan toch nog meester van mij, ik weet dat er hoe dan ook een toekomst is.

 

<< No reproduction without creditline >>